Aller au contenu principal

Remmicom

Servers voor software Geo-IT en Remmicom thuis in zelfde datacenter.

Remmicom

Gemeenten die gebruikmaken van de GIS-software van het bedrijf Geo-IT en de software van Remmicom zullen het graag horen: de servers van alle toepassingen staan voortaan in hetzelfde datacenter. Hoe is dat gekomen en wat zijn de voordelen ervan? We staken ons licht op bij Wouter De Wilde, bestuurder en projectverantwoordelijke GIS bij Geo-IT.

Wouter De Wilde: ‘Bij Geo-IT werken mensen die al sinds de jaren negentig met GIS-software voor gemeenten actief zijn. We hebben de Geo-IT GIS™ software ontwikkeld, die ondertussen heel wat modules heeft. Onze software wordt gebruikt door gemeenten en bedrijven die voor hun vakgebied geografische informatie nodig hebben, weergegeven op digitale kaarten en plannen. We bieden niet alleen de software aan, de gebruikers kunnen ook rekenen op een sterke ondersteuning van ons.

Was Geo-IT GIS™ van meet af aan toegankelijk via het web?
Wouter De Wilde: ‘Ja, Geo-IT GIS™ draait op open-softwarecomponenten en was altijd al een webtoepassing. Gebruikers krijgen dus gewoon via een browser toegang tot alle informatie die ze nodig hebben. Ze hoeven geen software op hun computer te installeren, alles verloopt via een server.

Geen kerntaak

Hoe kwam Geo-IT ertoe voor gemeenten te gaan werken?
Wouter De Wilde: ‘De Vlaamse overheid en lokale besturen zijn altijd voorlopers geweest in het werken met digitale kaarten. Er is ook veel geografische informatie beschikbaar. Gemeenten waren van in het begin de doelgroep. In 2010 besloot Infrax om GIS aan te bieden in een samenwerkingsconcept met gemeenten. De software werd op een centrale plaats gehost, zodat gemeenten zich niet hoefden bezig te houden met het beheer van de servers en databanken. Ons bedrijf won de aanbesteding en liet 42 gemeenten samenwerken in een cluster van enkele servers. Op een bepaald moment gingen Infrax en Eandis samen verder als Fluvius. We wonnen een nieuwe aanbesteding, maar een tijdje later werd beslist dat het aanbieden van een datacenter niet tot de kerntaken van een distributiebeheerder behoorde.

Wat was dan de beste oplossing?
Wouter De Wilde: ‘Die oplossing moest in de eerste plaats gemeenten dezelfde service kunnen bieden. Bijna op hetzelfde moment vroeg Remmicom of we interesse handen om via RemPaaS te werken, dus via eenzelfde datacenter. Daardoor konden we voor die 42 gemeenten binnen RemPaaS van Remmicom een GIS-SaaS-omgeving creëren. Let wel, we hebben ook nog 110 andere gemeenten die onze software gebruiken via eigen servers, maar toch zien we een geleidelijke evolutie naar cloudgebaseerde servers. Ze kiezen voor het SaaS-model, omdat het hun mensen in staat stelt thuis met onze software te werken, zonder dat er een link met het netwerk van de gemeente nodig is om aan de slag te gaan.

Aangename verstandhouding

Waarom ging Geo-IT in op het aanbod van Remmicom?
Wouter De Wilde: ‘We werken al lang samen in een aangename verstandhouding. Daardoor kennen veel medewerkers elkaar. We zijn perfect in staat elkaar te ondersteunen omdat we veel gemeenschappelijke klanten hebben. Er zijn trouwens veel links tussen de administratieve software van Remmicom en onze GIS-software. Tussen beide moet je vlot gegevens naar elkaar kunnen doorsluizen. Niet alleen naar de toepassingen van Remmicom, maar omgekeerd ook, bijvoorbeeld om vastgoeduittreksels te genereren. Door de koppelingen op elkaar af te stemmen, maken we een betere administratieve flow mogelijk.

Tot slot, de link tussen de Remmicom server en de Geo-IT server ligt nu in hetzelfde datacenter ligt. Wat is daarvan het grote voordeel voor gemeenten?
Wouter De Wilde: ‘Het garandeert vlotte connecties tussen beide en een veilige omgeving. Alles werkt vlotter en efficiënter, gemeenten hebben meer zekerheid. En niet onbelangrijk, ze kunnen gebruikmaken van heel wat kaartlagen in één omgeving: dat drukt de prijs aanzienlijk!

‘We zijn perfect in staat elkaar te ondersteunen omdat we veel gemeenschappelijke klanten hebben.’